Onze vrijheid van meningsuiting is hard op weg een containerbegrip te worden. Iedereen geeft er hoog van op , maar ook duidelijk zijn eigen draai aan. De basisgedachte holt er daardoor nogal uit. In een democratie is het immers de bedoeling, dat het land door het volk – middels eerlijke en geheime verkiezingen – wordt geregeerd. Al vanaf het begin is hierbij het begrip volk al in discussie geweest. Iedereen lijkt tot een volk te horen, maar dat is juist vaak geen organisch gegeven, maar eerder een bedacht en aangebracht idee. Het volk spreekt ook eigenlijk nooit uit één mond. We hebben er daarom maar wat regels over opgesteld om de boel in goede banen te leiden. Twee zijn daarbij in relatie tot elkaar, van bijzonder belang: de meerderheid beslist en respecteert daarbij de rechten van de minderheid, waartoe we het recht op vrije meningsuiting rekenen. Vaak wordt daarbij een uitspraak van de Franse verlichtingsfilosoof Voltaire aangehaald. Die gaat , vrij vertaald, zo: “Ik verafschuw uw mening, maar zal mijn leven geven om u die vrijheid te verlenen”. Dat raakt de kern, waar het hier om gaat. Er moet een basis zijn van gevoelde collectieve identiteit binnen een gemeenschap, ook wel een verbeelde gemeenschap genoemd.  Duidelijk is daarmee al meteen, dat zo’n gemeenschap een wilsbeschikking is. Je kunt er voor kiezen. Je kunt het bewust en opzettelijk nastreven. In die verbeelde gemeenschap zouden dan b.v.  vrije meningsuiting, recht op demonstratie, staking en het in vergadering bijeenkomen kunnen worden verankerd, maar dat is lang niet altijd zo in de praktijk.

De verbeelde gemeenschap is niet persé een groepje ,mensen, dat elkaar kent en gezamenlijk besluit op te trekken. Het is geen natuurlijk, maar een cultureel proces. De Franse natie, bij voorbeeld, is vanaf circa 1820 bewust en opzettelijk gecreëerd rond gezamenlijke taal en gedeelde geschiedenis. Vóór 1820 sprak nog slechts 10% van het gebied de Franse taal.  De Italiaanse (1860) en de Duitse eenheid ( 1870) waren militair en cultureel gevormd rond taal en geschiedenis. Alle genoemde verbeelde gemeenschappen waren bovendien niet democratisch ingestoken. De vrijheid was en bleef beperkt; tegenstanders konden onverminderd worden opgepakt, gevangen gezet, verbannen, of erger, vermoord.

Met de democratieën kwam ook de vrijheid van meningsuiting, maar die kende overal zijn beperkingen. Majesteitsschennis leverde marxist Ferdinand Domela Nieuwenhuis in 1871 nog een jaar gevangenisstraf op. Tegenwoordig mag je in ons land vrij je mening uiten, mits je daarbij niet aanzet tot haat en discriminatie. Neem je het daar niet al te nauw mee, dan kun je worden vervolgd door de rechterlijke macht, zelfs als je volksvertegenwoordiger bent ( zie: proces Wilders). In de VS mag dat wel, maar daar mag je niet aanzetten tot geweld. In Duitsland is de weerbare democratie en de verbeelde gemeenschap zo ingericht, dat niet-democratische politieke partijen en – stromingen ( zoals de neo-nazi’s, b.v.) niet aan het democratische proces mogen deelnemen. De wet, hoe onvolmaakt ook vaak, bepaalt de grenzen en de rechterlijke macht dient daarbij idealiter onafhankelijk en onpartijdig te zijn.

Trump is op twitter en facebook monddood gemaakt door een multinational, die grenzen heeft gesteld aan het gebruik van haar media, dus wat wel en niet getwitterd mag worden. Hier komt geen onafhankelijke rechterlijke macht als scherprechter bij kijken, maar een machtig internetbedrijf, die eigen regels en verdienmodel met elkaar in evenwicht tracht te brengen. Verlost te zijn van de constante stroom twitterleugens van een Amerikaanse president als Trump, kan weldadig zijn en voor een zekere opluchting zorgen ( zoals bij mij), maar democratisch is het niet. Het is niet in overeenstemming met het credo van Voltaire en geeft een drastische inperking van het begrip vrijheid van meningsuiting, die onaanvaardbaar is. Zie hier de spreekwoordelijke spagaat van een democratie.

Rechts Nederland heeft de neiging de mond vol te hebben van de vrijheid van meningsuiting, dat mag, maar is puur feitelijk niet erg geloofwaardig. “All men are free, but some are more-free than others”, om Orwells Animal Farm te persifleren. Wilders en Baudet uitten hun bewondering voor Trump, die trachtte van de Amerikaanse democratie een autocratie te maken. Wilders doet niet aan interne partijdemocratie, maar aan een meervertoonde Leiderscultus. Forum schaart zich achter corona-ontkenners die rellen tegen de Avondklok. Op rechts is in Nederland momenteel meer sprake van een verdeelde, dan een verbeelde gemeenschap. De wegens wethouder-fraude opgepakte Hagenees Richard de Mos  wil meedoen aan de komende verkiezingen en heeft een nieuwe partij opgericht met maar liefst elf belangrijke speerpunten. Punt één: pal staan voor de vrijheid van meningsuiting.

Voor allen? 

Drent Johan Derksen wordt ambassadeur van deze nieuwe rechtse partij, zo meldde het Dagblad onlangs.

Tsja!